Historische vereniging Bunscote

Thuus

59 Van het bestuur J. Bos

60 Uit de kunst K. van Twillert
61 de Polynormhuizen W. Meester
66 Seizoensagenda A. van Halteren
67 Aanvulling woordenboek, (4) J. de Graaf
74 Verslag ledenvergadering 21 april 2015 W. Ruizendaal
78 Bunsjoter Breeven (6) A. Blokhuis
84 Levensbeschrijving van Lammert Hopman L. Hopman
89 Van wee is tat d’r één B. Zwaan

 

Van het bestuur


Motto

”Want op dees aard waar stappen niet beklijven,
waar daden als verhaaltjes achterblijven, l
eeft altijd voort wie wist te schrijven.”
(Eduard du Perron)

Lammert Hopman

Lammert Hopman is nu 99 jaar oud, nog altijd helder van geest en zeer betrokken bij Bunschoten-Spakenburg. Wat hij vertelt gaat ver terug in het verleden. In deze aflevering behandelt hij zijn voorgeslacht in zijn jeugdjaren. Wat hij vertelt, zijn boeiende verhalen, die voorzien zijn van mooie foto’s. Inmiddels is de Nederlandse uitgave van zijn boek door zijn dochter Hetty Veldkamp vertaald. In de krant van Hamilton, de Spectator, een krant met 300.000 (!) lezers, is uitvoerig aandacht besteed aan het verschijnen van Lammert Hopmans Levensbeschrijving, met name een verhaal uit de Tweede Wereldoorlog krijgt ruim aandacht.

Bort Zwaan

Bort is weer druk bezig geweest met Van wee is tat d’r één. Hij klaagt over het zeer geringe aantal reacties op zijn rubriek en vraag zich af, of het wel zinvol is om daarmee door te gaan. Ik roep al onze leden en lezers op, om de schouders eronder te zetten en te reageren op de foto’s die Bort Zwaan ons laat zien.

Bun Historiael

- Polynormhuizen

Willem Meester brengt de Polynormbuurt voor het voetlicht. Waar nu in Bunschoten de Verzetsbuurt staat, stond eens de Polynormbuurt. Die had weinig poëtische namen zoals de Walsstraat, de Profielstraat, de Staalstraat, de Lasstraat, de Ponsstraat en de Dirk van Hulststraat. Het waren huizen die ter plekke in elkaar gezet konden worden. Ze waren ontworpen door een van de directeuren van Polynorm en wel de heer Horowitz. Willem Meester vertelt over deze huizen in Bunschoten, Amersfoort en Eindhoven, vanaf de bouw tot en met de afbraak. Het was een wijk waar veel van onze dorpsgenoten goede tijden hebben doorgebracht. Waarom is er eigenlijk nooit een straat naar Horowitz vernoemd?

Een gedeelte van het artikel kunt u hier lezen

- Breef zès

Meester Aart Blokhuis vervolgt met Breef zès de reis naar Amsterdam, waarin hij de reacties van Spakenburgers op de wereldstad Amsterdam weergeeft.

- Aanvullingen op het woordenboek (L t/m O)

jan de Graaf Ezn publiceert zijn aanvullingen op ons dialectwoordenboek. We zijn daar blij mee. Wie zelf nog meer en/ of andere aanvullingen heeft, kan die Jan de Graaf doen toekomen. Dat sommige lezers bepaalde uitdrukkingen niet gebruiken, acht ik zeer wel mogelijk, maar het neemt niet weg, dat de verschillen onder de dialectsprekers groot kunnen zijn. Al deze sprekers samen vormen het totaal aan en het geheel van dialectsprekers.

- Ledenvergadering

Na een goed verlopen huishoudelijke vergadering hield dhr. Sander Wassink een interessant verhaal over Alva en de Raad van Beroerten in de jaren 1566-1570 in Bunschoten. Er werd ademloos geluisterd en na afloop werden vele vragen gesteld. Al met al een zeer zinvolle en waardevolle avond, die door Willem Ruizendaal mooi samengevat werd.

- Het nieuwe Bunhuus

Op 24 april is het nieuwe Bunhuus officieel in gebruik genomen. Dat kon, omdat vele vrijwilligers de handen uit de mouwen hebben gestoken en zich geweldig hebben ingezet om de verhuizing van al onze waardevolle spullen en de inrichting van de nieuwe locatie mogelijk te maken. Erelid Cees Nelemans onthulde de nieuwe naamborden en liet het kanon Japie bulderen. Velen gaven blijk van hun belangstelling, waarvoor wij hen hartelijk willen danken. Er moet nog veel gebeuren. Denk maar aan de artikelen voor Bun Historiael, het scannen van het beeldmateriaal en de beschrijving van de vele foto’s. We kunnen nog jaren vooruit en we kunnen nog heel veel medewerkers gebruikers. De ruimte hebben we. Nu de mensen nog... Motto. Ik ben begonnen met een motto. Ik wil ook eindigen met een motto, dat ik kreeg van Willem Beekhuis: De schrijver sterft, het schrift leeft voort, omdat het schrift zich niet aan sterven stoort.

Jan Bos Lzn, voorzitter